Utrecht - Oudegracht 23
2002.0705c
Vervolg Bouwhistorische verkenning, Oudegracht 23, Utrecht
beschrijving van het Interieur
De kelder is samengesteld uit een werfkelder, huiskelder en achterkelder. De werfkelder ligt onder de straat en is toegankelijk vanaf de werf aan de Oudegracht. De huiskelder vertoont een tweedeling: de kelder onder het oude voorhuis en de kelder onder de voormalige binnenplaats. De achterkelder behoorde bij het gesloopte achterhuis en ligt nu in de tuin.
De werfkelder is een rechthoekige ruimte met een steens tongewelf, opgetrokken uit bakstenen van 26 x 13 x 6 cm (gemetseld in mortel) en een afdeklaag van 6 cm dikte (stenen, gemetseld in tras).
Het voorste deel van de huiskelder komt overeen met het oude voorhuis. Deze ruimte wordt aan de voorzijde begrensd door een gordelboog, die de drager is van de voorgevel. De achterzijde wordt gemarkeerd door een dwarsgevel met een smalle doorgang. Deze dwarsmuur was eertijds onderdeel van de achtergevel. Dit deel van de kelder wordt overkluisd door een tongewelf. In de rechter zijgevel bevinden zich twee doorgangen naar de kelder van het belendende pand. Aan de linkerzijde is een (dichtgemetselde) doorgang te zien. Ter plaatse van de voorgevel bevindt zich een (dichtgezet) kelderlicht te zien.
De voormalige binnenplaats tussen het oude voor- en achterhuis is opgenomen in de huidige bouwmassa. Deze ruimte werd pas in de 19de eeuw voorzien van een kelder. De zoldering bestaat uit
stalen balken met stenen troggewelfjes.
De kelder onder het voormalige achterhuis ligt voor het grootste deel in de tuin van het huidige pand. Opvallend is dat kennelijk alleen het achterste deel van het (oude) achterhuis was onderkelderd. Deze kelder is door middel van een smalle gang verbonden met de nieuw aangelegde kelder onder de voormalige binnenplaats. In deze kelder bevindt zich een gemetselde regenwaterbak, die uit de 18de of 19de eeuw stamt. Opvallend zijn de gemetselde steunberen aan de buitenzijde. Het water werd uit de bak gepompt door middel van een loden pompbuis.
De vloerafwerking van de kelders bestaat uit beton. Bij de verlaging van het vloerpeil bleek de fundering van de huiskelder een zeer geringe aanlegdiepte te hebben. Tevens kwam een oud gemetseld riool te voorschijn, waarvan het tracé op de bouwtekening staat aangegeven. Het aanvankelijke vermoeden dat dit riool uit de bouwtijd van het huidige huis (1873) stamde bleek onjuist te zijn. Gezien het metselwerk moet het riool van oudere datum zijn.

De begane grond heeft een tweebeukige opzet bestaande uit een lange gang aan de linkerzijde en een voorkamer, een tussenkamer en een achterkamer aan de rechterzijde. Tussen de voorkamer en de tussenkamer bevindt zich het trappenhuis.
De gang aan de linkerzijde bestaat uit twee delen. Het voorste deel van deze gang is iets breder dan het achterste deel en vormt een "voorhuis" of hal. Naast deze hal bevindt zich de voorkamer, de in 1917 was herbestemd tot een winkelruimte. Bij de herbestemming tot winkel werd een tussenpui geplaatst, waarmee achter de winkel een kantoorruimte kon worden ingericht. De interieurafwerking van deze kamer is zeer sober, mede omdat de schouw is ontmanteld.